zondag, september 02, 2007

HONDENPOEP AAN MIJN BROEK EN DE SCHOOLMEESTER OP EEN FIETS

Ik was twee keer per jaar de enige jongen op de verder 100% meisjes verjaardagsfeestjes van mijn buurmeisjes. Oh wat deed ik mijn best om de dagen leuk te vinden en wat haatte ik ze. Zonder te protesteren maar met een lichaam vol tegenzin en stomme meisjes maakte ik twee keer per jaar de martelgang naar de voordeur naast ons. Een gelovig gezin waar gossie drie dubbeltjes werd gezegd. In tegenstelling tot de godverdomme bij ons thuis.

Ik zat die dagen uit en was blij als ik thuiskwam. Het lag niet aan de buurmeisjes. Die vond ik best aardig. Meer dan aardig voor zo ver je dat als 6 jarig jongetje kan. Of misschien was ik wel 7. Het lag niet aan de buurmeisjes. Ik heb nog foto's waar we samen vrolijk lachend in de sneeuw op een slee zitten. Het lag ook niet aan de buurvrouw die geen godverdomme durfde te zeggen en wie ik een beetje raar en smoezelig vond. Een op mij na 100% meisjes feestje was gewoon iets te veel van het goede. Ik was 6 en zo'n meisjes overkill trok ik niet helemaal. Of misschien was ik wel 7.

De buurmeisjes die vond ik dus best leuk. Ik probeerde zelfs wel eens indruk op ze te maken. Ik moest wel. Bij een spelletje op 1 van de verjaardagen was ik gevallen. Met mijn broek in de hondenpoep. Ik moest het een beetje goed maken. Ik moest mijn image redden. Ik was 6 en deze deuk kon ik niet gebruiken. Of misschien was ik wel 7.

We deden een stom spelletje. Ik weet niet eens meer wat het in hield. De spelregels hebben mijn herinneringen niet onthouden. We renden de straat naast de onze over. Van de ene stoep naar die aan de overkant. Ze konden het net zo goed als ik. Ik moest die poep aan mijn broek goed maken. Ik moest mijn image redden. In de verte zag ik een fietser aankomen. Een briljant plan kwam in mij naar boven. Ik zou vlak voor die fietser langs rennen en veilig de overkant halen. De twee buurmeisjes met open mond en ogen vol bewondering op de andere stoep achterlatend. Ik timede mijn spurt. Daar was hij. Het was de schoolmeester zag ik nu. Ik zou nog meer indruk maken. Ik schatte de afstand in en begon te rennen.

Een minuut of 20 later kwam ik bij mijn positieven op de bank thuis. Over mij heen stond de dokter gebogen. Mijn moeder keek mij boos aan en vroeg zich af hoe ik dit in hemelsnaam had kunnen verzinnen. Op de andere bank zat de schoolmeester met een kopje koffie in zijn hand te glimlachen.

Een half jaar later was ik 7 en de enige jongen op het feestje van een van de buurmeisjes. Mijn image was me een worst. We gingen snel verhuizen.

Labels:

2 Comments:

Anonymous Anoniem said...

Aan de oevers van de tijd
keek ik om me heen
Ik wachtte aan de kant aan de oevers van de tijd en alles ging voorbij
Verloor zijn naam en spoelde aan
Aan de oevers van de tijd
Hing ik maar wat rond in het in het zachte dode
Zocht ik naar die ene dag in juli
in een zomer in een jaar…

4:23 p.m.  
Blogger Maurice said...

En zo zijn herinneringen van vervlogen tijden toch nog recent in het geheugen.

11:58 a.m.  

Een reactie posten

<< Home