maandag, juni 13, 2005

DE TOCHT DIE GEEN TOCHT WERD

Vol goede moed stapte ik zaterdagochtend op Betty. Een kilometertje of 5 buiten Hoorn begon mijn achterwiel een wat te zwabberen. Lek. Terug naar de stad gelopen en de boel laten plakken. Ja, buitenband was een wat versleten maar ik besloot het er op te wagen. Poging twee. We vertrokken weer.
De lucht was grijs en de wind was hard maar het was lekker weer om te rijden. We reden en genoten.
Lieten IJburg links liggen en tufte tussen Muiden en Muiderberg over een mooi landweggetje. Het fotofestival in Naarden en dan door naar de jeugdherberg in Doorwerth (vlakbij Arnhem). Dat was het plan. Zo'n landweggetje heeft echter 1 nadeel. Er rijden trekkers. In mijn geval een trekker die weigerde ook maar een centimeter uit te wijken en voor mij zat er dan ook niets anders op dan in de greppel naast het weggetje te belanden. We klommen eruit en 200 meter verder bleek de band wederom stuk te zijn. Definiteif stuk. Daar stond ik dan. In the middle of nowhere.
Nou ja, op de Brink in Muiderberg dan. Bij de picknick tafel die onze goede vrienden van de jue de boule vereniging ons hadden geschonken en waar skinheads op marokkanen schieten. Bekenden met busjes namen de telefoon niet op. Ouders wonen een kilometer of 15 verderop, dus die maar gebeld dat ik naar ze toe zou komen lopen en er over een uurtje of 4 wel zou zijn. Even later ging de telefoon. Moeders had de buurman omgepraat om mij en Betty op te pikken. Doorwerth werd dus het ouderlijke huis te Almere. Betty staat daar nog. Nieuwe band is reeds gekocht en woensdag gaan we haar ophalen. Volgende keer een nieuwe poging. Met knappe achterband.